Fusiegemeente Nissewaard bouwt aan een geharmoniseerd bomenbeleid

06-12-2016
Bomenbeleid, Opdrachtgevers
Geschreven door Rick van Wageningen

Eén plus één is drie, of voornamer gezegd, het geheel is meer dan de som der delen. Dat moet het resultaat zijn van een gemeentelijke herindeling. De krachten van de afzonderlijke gemeenten, bijvoorbeeld op het gebied van bomenbeheer en -beleid, bundelen tot iets nog beters. Een hele uitdaging – zeker als het om twee totaal verschillende gemeenten gaat.

Op 1 januari 2015 fuseerden het landelijke Bernisse en het stedelijke Spijkenisse tot de nieuwe gemeente Nissewaard. Inmiddels ligt er een gloednieuw Beheerplan Bomen, dat de fusiegemeente samen met Bomenwacht Nederland heeft opgesteld. Katja Beeker, beleidsmedewerker groen bij Nissewaard, vertelt over de harmonisatie van het gemeentelijke bomenbeheer en -beleid: “Een flinke uitdaging, dat spreekt voor zich. De gezamenlijke inspanning van de binnen- en buitendienst van Stadsbeheer en de kennisinbreng van Bomenwacht hebben in elk geval hun vruchten afgeworpen.” De samenwerking met Bomenwacht is inmiddels verlengd, momenteel wordt er namelijk gewerkt aan een beheerplan voor al het overige groen in Nissewaard.

Landelijk tegenover stedelijk

Het is misschien geen voor de hand liggende keuze: een groene, landelijke gemeente samenvoegen met een stedelijke, drukbevolkte gemeente. Het was dan ook spannend of de fusie daadwerkelijk zou doorgaan. Maar op 1 januari 2015 was het een feit.

“De voormalige gemeenten Spijkenisse en Bernisse hadden duidelijk een verschillende aanpak op het gebied van bomen”, constateert Katja Beeker. “Bernisse werkte binnen de kaders van het Handboek Bomen, terwijl Spijkenisse meer een lokale aanpak had, met een minder strak omschreven visie en ambitie. Door de gemeentelijke herindeling ontstond de noodzaak om de bestaande beheer- en beleidsplannen te integreren en harmoniseren. Voor de nieuwe gemeente was er de wens om efficiënt te kunnen beheren. Belangrijk daarbij was inzicht in de opbouw van het bomenbestand en de organisatorische en financiële kant van het cyclisch bomenbeheer.”

nissewaard_2

Wensen en kansen

Het dorp Spijkenisse fungeerde vanaf 1966 als groeikern. Om het sterk toenemende aantal werknemers in de nabijgelegen industriegebieden van woonruimte te voorzien, werden grote woonwijken gebouwd. Katja Beeker: “In de groeiperiode is de sortimentskeuze van die tijd gebruikt. Bijvoorbeeld de plataan was toen nieuw en populair. Nu zorgt deze boom op sommige locaties voor overlast. In Spijkenisse staan veel grote bomen op de verkeerde plek.” Spijkenisse kreeg in de loop der jaren te kampen met een toenemend aantal klachten over overlast door bomen. De tijd die Spijkenisse besteedde aan het oplossen van klachten, kon zij niet steken in het cyclisch onderhoud van de bomen, wat resulteerde in een achterstand.

Het landelijke Bernisse werd gevormd door een aantal kernen gelegen rond de oude rivierarm de Bernisse. De verschillende kernen kennen een lange historie en enkele plekken gelden als ‘beschermd dorpsgezicht’. Waar Spijkenisse uitgroeide tot een stad, bleef Bernisse veel meer authentiek. Vóór de fusie was Bernisse bezig het groenbeheer af te stemmen op de verschillende kernen. Voor elk dorp was een structuurkaart ontwikkeld met wensen en kansen. In het beheer maakte zij onderscheid tussen diverse niveaus, zoals hoofd- en wijkniveau, parken en natuurlijk groen.

Koppeling

Deze differentiatie kreeg ook een plaats in het bomenbeleid van Nissewaard. In 2014 stelden Spijkenisse en Bernisse ter voorbereiding op de gemeentelijke herindeling het Integraal Beheerplan Openbare Ruimte (IBOR) op. Katja Beeker zegt hierover: “IBOR geeft het kader waarbinnen een koppeling te maken valt tussen de gewenste kwaliteit van de openbare ruimte, de bestuurlijke keuzes en de beschikbare budgetten. In het plan is de ambitie opgenomen dat het openbaar groen aansluit op de omgeving en een goed onderhouden uitstraling heeft. Gedifferentieerd beheer past daar prima bij.” Wat de gemeente Bernisse verder heeft ingebracht, is de werkwijze volgens het Handboek Bomen, een uitgave van het Norminstituut Bomen. “De licentie van het Norminstituut was alleen in gebruik in Bernisse, maar is nu overgenomen voor Nissewaard.”

Kwaliteit boven kwantiteit

De ervaringen van Spijkenisse met te grote bomen op de verkeerde plek hebben eveneens bijgedragen aan het bomenbeleid. “In het bomenbeheerplan staat dat kwaliteit boven kwantiteit gaat”, zegt Katja Beeker. “Soms zullen minder goede bomen moeten wijken om de groei en kwaliteit van andere bomen te laten toenemen. Bovendien moet een boom voldoende groeiruimte meekrijgen, zowel ondergronds als bovengronds, passend bij de soort, de eindomvang en de beleidsstatus van de boom.”

Eén plus één is drie

Het Beheerplan Bomen van de gemeente Nissewaard staat voor een gestructureerde aanpak van het cyclisch bomenonderhoud. “De snoeiachterstand in de voormalige gemeente Spijkenisse wordt weggewerkt, dat is een pluspunt. Verder geeft het beheerplan handvatten om uiteindelijk meer te doen met hetzelfde budget”, aldus Katja Beeker.

Nissewaard laat zien dat het bomenbeheer en -beleid van twee totaal verschillende gemeenten, een landelijke en een stedelijke, kan worden geharmoniseerd in één Beheerplan Bomen. Sterke punten en aandachtspunten van beide voormalige gemeenten zijn bijeengebracht tot een degelijk en realistisch plan om het bomenbeheer in Nissewaard op een hoger niveau te brengen. Met recht geldt hier: één plus één is drie.

Deel dit bericht via:
Nieuwsbrief

Op de hoogte blijven van wat Bomenwacht Nederland doet? Schrijft u zich dan nu in voor de nieuwsbrief.